2. Techniek
De bal vangen
Technische omschrijving:
- Steeds oogcontact met de bal houden
- Draai de rom in de richting van de bal met de schouders loodrecht naar de bal gericht
- De romp, armen en beide handen gaan de bal tegemoet
- De handen bevinden zicht ter hoogte van het aangezicht
- De vingers zijn naar boven gericht
- Na het vangen wordt de bal onmiddellijk in de werppositie gebracht
Afbeelding:
Slagworp
Technische omschrijving:
- Bij rechtshandige staat linker been voor
- In de voorbereidingsfase van de beweging wordt de bal met beide handen naar boven gebracht voor de wapening van de werparm
- De volledige hand licht achter de bal
- We hebben een licht gebogen arm hoger dan de schouder
- Het lichaamsgewicht wordt op het rechterbeen gebracht
- In de rom ontstaat een spanning door het uitstrekken van de werparm
- Wanneer we willen werpen wordt de werparm naar voor gebracht zodat de worp uit 'lichaamsspanning' voort komt
- Wanneer de bal weg is wordt het lichaamsgewicht op het linkerbeen over gebracht
Afbeelding:
De Sprongworp
Technische omschrijving:
- Voor het ontvangen van de bal is de speler in beweging
- Na het vangen van de bal volgen drie passen (voor een rechtshandige is dit links /rechts / links)
- Wanneer de bal in een zweeffase gevangen wordt dan is de landing een nulcontact en mag men hierna nog drie passen zetten met de bal
- Wanneer we de sprongworp gebruiken om hoog te springen dan zal de laatste stap van de aanloop iets groter zijn
- Om hoog te springen wordt de afstoot ondersteund door het optrekken van het zwaaibeen
- Tijdens de afstoot wordt de bal gewapend
- Het wegwerpen van de bal gebeurt op het hoogste punt van de zweeffase
- De landing gebeurt op het afstootbeen of op twee voeten
![](sprongschot.jpg)
Verdedigen
Technische omschrijving:
- We staan in de verdediging nooit in een ontspannen houding.
- Op elk moment in staat zijn om een verplaatsing te doen
- De uitgangshouding: licht voorwaarts gespreide en gebogen benen en armen in de lucht
- De verplaatsingen zijn meestal kort
- De verplaatsingen gebeuren in alle richtingen
- We onderschieden: schuiven - uitstappen - invoegen
Schuiven:
Dit zijn korte zijwaartseverplaatsingen waardoor de verdediger de bal en de verplaatsing van de aanvallers kan volgen.
Hierbij wordt gebruikt gemaakt van korte stapjes om zoveel mogelijk contact met de grond te bewaren zodat we spoedig en snel kunnen reageren op de schijnbeweging van de aanvaller tegen over ons.
Er mogen geen kruispassen worden uitgevoerd.
Instappen:
Om te vermijden dat aanvallers van op afstand naar het doel werpen moet de verdediger uitstappen en de balbezitter tegemoet treden.
Het uitstappen gebeurt richting de werparm van de aanvaller.
Indien er een rechtshandige aanvaller voor je staat, verdedig je met de linker hand op de werparm van je tegenstander.
De verdediger staat hiervoor in een lichte voorwaartse spreidstand met de linkervoet voor.
Afbeelding:
Rechtshandige aanvaller / Verdediger
Invoegen:
Als de aanvaller de bal verder speelt neemt de verdediger de uitgangspositie terug in door zich schuin naar achter te verplaatsen en dit in de richting van de bal om de schuine pas van de andere aanvaller te onderscheppen.
Afbeelding: